Pokhara is een rustig, vriendelijk plaatsje. De hele 'lakeside' is weliswaar een grote toeristenval (alleen maar souvenirshops en restaurants) maar het is allemaal zo kleinschalig en schattig dat dat niet stoort. Het is vrij stil op straat, je moet net zo vaak uitwijken voor een loslopende koe als voor ander verkeer, en al met al is het hier prettig vertoeven. Natuurlijk moesten we wel even proberen of we de bergen van nog wat dichterbij konden bekijken, dus we zijn een keer vroeg opgestaan en naar Sarangkot gereden. Dat is een plaatsje in de buurt op een heuvel, vanwaar je als het helder is inderdaad beter de Annapurna bergketen kunt bekijken. Hoewel de laagste piek meer dan 6900 meet, is het geheel nog steeds niet zo indrukwekkend als de Zwitserse Alpen – vanwege de afstand lijken de pieken allemaal niet zo vreselijk hoog. Maar ja, om de toppen van dichtbij te bekijken moet je minimaal een dag of vijf lopen, dus dat vonden we niet echt een optie. Verder is er (gelukkig!) niet zo veel te beleven in Pokhara dus behalve een roeitochtje op het Fewa-meer hebben we verder niet zo veel gedaan.
Op onze laatste dag in Nepal vlogen we terug naar Kathmandu (zo'n busrit van 7 uur is leuk maar niet twee keer in vier dagen). 's Middags zijn we de Swayambunath-tempel gaan bekijken, een belangrijk Boeddhistisch complex, leuk gelegen op een heuvel aan de rand van de stad. De grote stupa is deels goudkleurig geschilderd en heeft ook aan vier zijden van die leuke Boeddha-alziende-oogjes. Met alle gebedsvlaggetjes is het een behoorlijk kleurrijk geheel. Omdat we op de site van Buitenlandse Zaken hadden gelezen dat de Chinezen slechts 'gelimiteerd' vergunningen voor Tibet uitgaven in plaats van 'helemaal niet' zoals we eerder begrepen hadden, probeerden we met hulp van Pujong nog een keer of we misschien toch daarheen zouden kunnen gaan vanaf Kathmandu, maar helaas, geen geluk.
Vandaar dat we gisteren zoals gepland via Delhi naar Hong Kong vlogen, waar we 's avonds laat aankwamen. Wat fijn om weer in de beschaafde wereld te zijn! Omdat we vorig jaar nog in Hong Kong zijn geweest kwam de omgeving ons bekend voor en voelde het een klein beetje als thuiskomen. Hier kunnen we gewoon weer Starbucks koffie drinken en word je niet om de haverklap gevraagd of je een taxi of riksja nodig hebt. En het eten is er echt lekker, niet alleen maar 'ok'. En je hebt er glimmende shopping malls met Armani en airconditioning! En een hotel met een echt lekker bedje, en een vloer waar je geen vieze voeten van krijgt als je er zonder sokjes op loopt. Lekker! Maar omdat we Hong Kong al kennen, bleven we er niet lang: 1 nachtje maar. Na een ochtendje shoppen hebben we een supersnelle boot naar Macau gepakt, en daar zijn we nu. Grappig om midden in Azië ineens alle borden in het Portugees te zien (naast Engels en Chinees, dat wel). Macau is het Las Vegas van China, met zelfs een exacte kopie van het Venetian, ons favoriete kitch-casino. Daar gaan we morgen even kijken, vanavond hebben we geprobeerd om de kosten van onze extended vakantie terug te winnen in het Wynn-casino. Was bijna gelukt! Maar uiteindelijk verlieten we de tent natuurlijk weer een beetje lichter dan we er kwamen. Morgen weer een kans… 🙂
arhartman
Moet je nagaan, ik ben nu aan het werk met die most obnoxious, rude, selfish and ill-behaved humans…
Ik schrijf het maar even in het NLs, zelfs als je je PIN-code intoetst vinden ze het hier heel normaal om mee te kijken (ook gemerkt?). Kortom, zit in Calcutta en zoals al van te voren bedacht, we zijn dus niet tegelijkertijd in India.
Anyway, ik blijf jullie stukjes lezen. Blijf genieten!
Gr. AR